Column:’Hoe pikken wij ook een graantje mee?’
“Europa, het Rijk en provincies hebben vele miljoenen euro’s beschikbaar voor subsidies aan gemeenten. Onder meer door gebrek aan kennis lopen veel gemeenten echter subsidiegeld mis.”
Met deze opmerking begint het artikel ‘Investeren in subsidiekennis loont’ in het Magazine van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) van de maand januari 2016. Als raadslid ontvang ik dit magazine en heb het artikel met meer dan normale belangstelling gelezen. Het gevoel, dat wij als kleine gemeente subsidiegeld mislopen, heb ik al langer. Ik ken verschillende voorbeelden die het gevoel heeft aangewakkerd. Met dit artikel zijn mijn gevoelens echter bevestigd. Men moet wel van hele goede huize komen en veel ervaring hebben opgedaan om door het subsidiebos de bomen te zien. Bovendien verandert het subsidielandschap met regelmaat. En zijn sommige subsidiemogelijkheden al bekend, dan zijn we soms te laat, omdat het potje net op is, of zijn we juist te vroeg. Hoe dan ook, we vissen dan achter het net. Ook is de vraag of wij wel weet hebben van al de subsidiemogelijkheden die er zijn.
Er zijn voorbeelden te noemen waar men wel kaas van Europese subsidiegelden heeft gegeten. Zo staat Polen vol met geluidsschermen langs de snelweg, ook op plekken waar absoluut geen geluidscherm nodig is. Met als enig argument de werkgelegenheid te stimuleren. Dit alles door Europa betaald. Dat is natuurlijk te zot voor woorden. Maar géén of weinig graantjes meepikken is natuurlijk ook niet nodig.
Omdat de procedures zo ingewikkeld zijn en elke bron weer andere regels kent, pleit men in het bovengenoemd artikel in VNG magazine de krachten te bundelen en te investeren in subsidiekennis. Daar wil ik graag een lans voor breken. Laten we als kleine gemeente niet het wiel willen uitvinden. Laten we bij voorbeeld als Oost-Groninger gemeenten gezamenlijk subsidiekennis in huis halen. Laat zo’n specialist zichzelf terug verdienen en zorgen dat er substantieel meer subsidiegeld naar onze regio stroomt.