Klijnsma: ‘Oog voor specifieke omstandigheden Oost-Groningen’
Staatssecretaris Jetta Klijnsma (PvdA) erkent ,,de specifieke omstandigheden van Oost-Groningen’’ en zal daarmee rekening houden bij de uitwerking van de nieuwe Participatiewet. Dat zei ze zaterdagmiddag tijdens de nieuwjaarsreceptie van de PvdA-afdeling Stadskanaal.
Dat Oost-Groningen een bijzondere aanpak krijgt, wilde ze niet toezeggen. ,,Wel dat ik bij de uitwerking van de wet nauwgezet ga kijken naar de historische achtergrond van het gebied en de situatie zoals het nu is. En daarmee doe ik al veel meer dan mijn voorganger Paul de Krom. Ik ken Oost-Groningen en weet dat er relatief veel mensen bij de sociale werkplaatsen werken.’’
Klijnsma maakte verder duidelijk dat dat ze een zo breed mogelijk draagvlak wil creëren voor de nieuwe wet. ,,Als alleen de coalitiepartijen VVD en PvdA mijn wet steunen, ben ik niet tevreden. De Tweede Kamer is belangrijk, de Eerste Kamer is belangrijk, maar het belangrijkste vind ik de huiskamer. En met de huiskamer bedoel ik de mensen waarom het gaat. Daarom zal ik de komende tijd ook weer in gesprek gaan met een vertegenwoordiging van de sociale werkplaatsen in Oost-Groningen.’’ Overigens is Oost-Groningen niet het enige gebied waarvoor mogelijk een uitzondering wordt gemaakt. Klijnsma noemde met name ook Zuid-Limburg.
De nieuwe Participatiewet komt in plaats van de Wet werken naar vermogen die staatssecretaris De Krom (VVD) in het vorige kabinet op stapel had staan. De nieuwe wet beoogt dat werknemers met een arbeidsbeperking zoveel mogelijk meedoen binnen de reguliere arbeidsmarkt. Het kabinet Rutte-Asscher verplicht dat organisaties met meer dan 25 werknemers straks een personeelsbestand hebben dat voor minimaal 5 procent bestaat uit werknemers met een arbeidsbeperking. Als een werkgever daaraan niet voldoet, heeft dat financiële gevolgen.
De staatssecretaris verwacht dat er dankzij de quotumregeling uiteindelijk 100.000 banen zullen bijkomen voor mensen met een arbeidsbeperking. ,,Van werkgevers verwachten we, in tegenstelling tot het vorig kabinet, dat ze ook hun verantwoordelijkheid nemen. Het is belangrijk dat niemand tussen wal en schip belandt. Arbeidsgehandicapten kunnen een goede bijdrage leveren’’, aldus de staatssecretaris. Klijnsma, die zelf fysiek beperkt is en in haar dagelijks leven gebruikmaakt van een rolstoel of een rollator, gaf aan dat daarbij wel maatwerk geboden is. Ze nam zichzelf als voorbeeld: ,,Je moet mij geen koffie laten rondbrengen in de horeca, maar staatssecretaris zijn, dat kan ik wel.’’